Ik zag bokken
buitelen
van rots tot rots,
dartel scharrelend
naar groene blaadjes.
Hun mannelijke trots
draagt horens.
En zo doe jij, mijn vriend,
die even ijverig
maar minder dartel
jaagt
op 't prille groen.
Je vrouw,
die zich gewillig
plukken laat,
is meer
een rijpe vrucht,
maar heerlijk pittig
smelt ze weg
onder mijn tong.