een bruine uil fladdert en maan
staat goudgeel te pronken in het raam
velden zijn naakt en bomen nog kaal
wolken kussen vrijelijk de sterren
in lucht die mild is en vochtig
hoor je in verte lente reeds zingen
de graven staan donker; hun stenen
als naakte vingers, rechtop
reiken zij naar eeuwige hemel
de doden wensen hun vrede
vernietigen het duister en het kwaad
het gras drinkt wuivend hun tranen
liefde brandt altijd diep in mijn hart
sunset 06-01-2020