Vissen
een zilveren vis
zwom zichzelf
gelukkig
daar in die heldere
plas
een groen woud onder
zich
hij slingerde zijn
zilveren lijf
door het klaterende
water
pretlichtjes in de
ogen
gedag zwaaiend met
zijn staart
het lauwe water deed
zijn leden goed
zijn ervaring zegde
hem, pas op
het zal niet voor
eeuwig zijn
droevige gedachten raakten
hem
plots zwom hij
pijlsnel recht door
zocht dekking voor
gevaar
een duikerspak kon
misschien redden
maar dat hebben ze
niet voor vissen
ela