De meester maakt wat van
een klas; werkt met woorden
en tijden. Leest de les nadat
het las, wanneer een 'ei' kort
of lang moet lijden.
Ezelsbruggetjes over degenen
en geen enen; wanneer niets
geen waarde heeft en hoeken
zich vormen met rechte, schuine
en gelijke benen.
Steden op de wereldkaart;
Jaartallen niet voor het
korte geheugen bewaart.
Spreken en zwijgen doet
de kennis van een klas
uit respect voor hun meester
die al veertig jaar bij het
onderwijs was.