Ze stond daar
Het eindeloze strand
Aan haar blote voeten
Precies op de
Marcherende vloedlijn
Het water omvatte haar enkels
Soms
En de wind gaf haar haar
Een beetje breekbaarheid
Een zucht geluk
Een vleugje verdriet
En wat eenzaamheid mee
In haar ooghoek
Weerkaatste een traan
Het wit van de golven
Het blauw van de zee
En de lucht
In haar hoofd
De herinnering
Want alles gaat voorbij
Alles gaat voorbij
Van jong en van toekomst
Van dartel en nachten lang
Van onschuld, verwachting
Van alles
Ze zag de zee
Alles veranderd
Behalve de zee
Gelukkig
En de smaak
Van haar traan