Ik sta op het vliegveld en wacht op de laatste vlucht.
We nemen afscheid maar ik kom zeker terug.
Ik stap nu aan boord nog een laatste glimp van je gezicht.
Je wuift en lacht met het licht van de lampen in de hal op je gezicht.
Ik kijk op m,n ticket welke stoel is voor mij.
Het is nummer dertien achter midden in de rij.
Ik kijk nog even door het raam of ik jou nog zie.
Ja, je zwaait nog wel maar je ziet me niet.
De hand bagage gaat boven in het opberg hok.
Ik ga zitten de riemen om en we stijgen op.
De druk word groter inde cabine.
Ik hoor een vreemd geluid.
Er is toch niet mis met deze machine.
Ik vraag an de stewardess is er wat aan de hand.
En de stewardess zij,
het werd zwart voor m,n ogen ik kon het niet geloven.
Beelden flitsten voor m,n ogen .
van vroegen en heden maar het meest van m,n verleden.
Wie weet wat er was gebeur ik werd zomaar de dood in gesleurd.
Maar het werd toch weer licht voor m,n ogen.
Ik weet waar ik ben in de hemel hier boven.
Op het nieuws komt het vreselijke nieuws.
En jij denk dat is een andere vliegtuig.
Maar in je hard weet je het zeker.
Ik kom niet meer thuis.
© flowerking 01-02-2011