De dag dat ik mijn verantwoordelijkheden niet meer wens te dragen
En ze doodgemoedereerd doorverwijs naar de jeugd
Met het goedkope argument
Dat zij de toekomst zijn
En dat de ouderen al genoeg gestreden hebben
De dag dat ik mij schichtig verberg
Dat ik bij elke verandering ga bibberen en sidderen
De dag dat ik niet meer in discussie wens te treden, durf te treden
En enkel nog bij mijn eigen gelijk zweer, halsstarrig, verstard
De dag dat ik beweer
Bij hoog en bij laag
Dat het vroeger allemaal zoveel beter was
Dat vroeger de zomers zomer waren
En de winters winter
De dag dat ik enkel nog loop te zeuren
Over alles wat fout loopt
En niet meer kan genieten van het mooie om me heen
De dag dat ik vrouwen enkel nog benoem als wijven
Die voortdurend zeuren, klagen, roddelen
En enkel maar op je geld uit zijn
De dag dat ik de jeugd van heden als verloren beschouw
En enkel nog maar bakken negatieve kritiek over hen kan kieperen
De dag dat ik niet meer tegen spelende kinderen kan
Dat ik elke uiting van jeugdig enthousiasme als terreur ervaar
En dat ik me bedreigd voel door alles wat jong is
De dag dat ik alleen maar verbitterd over het heden geïdealiseerd kan verlangen naar het zoveel
betere verleden
Die dag
Als die er al ooit komt
Hoop ik alsnog te beseffen dat ik niet meer van deze wereld ben
gustaaf de meersman