Tussen de Hemel en de aarde door God hier neergeplant
ligt ons mooi Polderland
Dit willen de Hoge Heren ons nu ontnemen;
De wind huild om deze pijn , dat je er straks niet meer zal zijn.
fabrieksfluiten wil men hier laten razen,waar eens de koeien rustig graazde.
Mooi als je nu bent hebben vele je gekend .
Akkers blond als goud waren ons zo vertrouwd;liefelijk in zomertooi.
en land van groot allooi.
ontaard,ontworteld,vernederd, en verkracht
iets wat niemand van ons wou.
jij bleef jaar na jaar ons steeds trouw.
veroordeelt om te sterven zondder verweer.
Wachtend op de genadeslag
Oh God dit doet z'on verdriet.
waarom mijn HEER red gij uw scheping niet .