Lege ogen
Ik ga naar huis ver bij iedereen vandaan,
over mijn wang glijd langzaam een traan.
Mijn hart is gebroken, mijn hoofd doet pijn,
ik wil zo graag, zonder zorgen zijn.
Wie houdt het tegen?
Ik doe niemand kwaad.
Wie stopt de regen?
die ik steeds achterlaat.
Want vannacht, ben ik in mijn tranen verdronken,
niemand die ze zag.
Nog nooit ben ik zover gezonken,
omdat wat ik wil, niet mag.
*Gebaseerd op wat ik droom niet mag Jan Smit*