Met de trein van Groningen naar Appingedam
Door de witte winter
Op weg om afscheid te nemen van een leven
wat toebehoord aan een prachtige lieve vrouw
Mijmerend in de trein kijkend naar buiten
Waar de sneeuwvlokjes zachtjes naar beneden vallen
Woorden en zinnen komen in me op
Ik wil ze onthouden, geen pen en papier bij me
Maar mijn hoofd is leeg het lukt niet
Maak wat foto's vanwaar mijn woorden opkwamen
Toen ik van de trein werd gehaald door Bert
en naar zijn moeder werd gebracht
Zag ik een sterke vrouw totaal uitgeblust
moe gestreden door haar ziekte
We waren bij haar toen ze stierf
Haar dochter die elf maanden eerder was overleden
kwam haar moeder ophalen
Moeder en dochter zijn verenigd
in Zomerland
Heil en Vaarwel