ik was je wijfke
je poepke
soms je poppemieke,
maar nooit was ik ik,
het meisje met het
hart waar het hoorde,
nee,
je rukte mijn hart eruit
het terugsteken deed je
maar nooit zoals daarvoor.
mijn hart doorboort.
ik was je prinsesje
de enige van wie je hield,
ik was je hoer,
die je haar leven ontnam,
me verkrachtte en gebruikte,
als een oude vod,
die je terug opnam
als je ze nodig had.
want nog steeds
raap ik de stukken
van mijn hart bij elkaar
nog steeds ben ik
alles bijeen aan het passen,
voor de brokken die jij
drie jaar maakte.
soms vraag ik me af
wie ik ben,
of ik mezelf nog wel ken,
want maar al te vaak
zie ik mezelf liggen
gebroken op de grond,
na de keer
dat jij mij weer misbruikte.