Hoge bomen vangen veel wind.
de kruinen kraken.
De nerven barsten open.
Nerven van een eens zo sterk blad (onbeschreven)
Er zijpelt langszaam wat innerlijk dauw vocht naar benee,
om tot een rivier te komen eindichend in die imens grote gedachten zee.
Om later te vergaan tot niets meer dan een zandkorrel.
Wel gepoets en geslepen.
Als mijn handen soms zacht het papier liefkozen en
de woorden slopend uit mijn gedachten worden gerangschikt in parafrasen onbekend,
waar geen rationele gedachte aan te verbinden is.
Als mijn schrijversbloed soms daar is en kookt in wegen onbekend.
Dan is het daar, ik ben één.
Één ziel,één gedachte en één pen.
Het tikken van de klok, brengt mijn zenuwen op de stuip.
Het verradelijke in tijd. Is wat ik al jaren met mijn gevoelens bestrijd.
De wijzers voor mij als les, maar daardoor vergrijp ik mij maar al te graag
aan de fles.Het klinkt als een verslaving, maar ook ik ben "geen" alcholist
moeilijk.... heb je het door dat ik met je gedachten twist.