Bochtloos.
ik geef de laatste restjes uitzichtloze horizon terug aan de wind
vouw je handen terug om mij heen leg mijn hart op mijn tong
proef slechts heet verlangen, dat verhalend uitwegen zoekt
lak de hoekjes van je mond af, zodat ze altijd zo blijven, star
als de wolkenwind op een te warme dag, overwoekerend
les mijn verlangen, stort eeuwigheid over me uit en verdwijn
rondom stilte het einde van de wereld, in alle platheid
ik val graag de laatste stukjes aan en laat me overhellen
want om te vallen ben ik net te eigengereid.