Vlinders
De avond is wanneer ze komen,
nachtvlinders, ze houden mij uit mijn dromen.
Dwalende gedachten, vluchtig en snel
maar met zo vele dat ik ze niet eens meer tel.
In de ochtend over de zonnestralen weggevlogen
zeg ik ‘vaarwel’ tegen de nachtvlinders en mijn dromen.
In de ochtend is wanneer ze komen,
vlinders in mijn buik, en zorgen zij voor mijn dagdromen.
De tijd vliegt; de seconden, minuten en uren gaan voorbij
maar de enige waar zij mijn dromen aan wijden, dat ben jij.
In de korte avond is wanneer ze samen komen
en met het laatste zonlicht worden mijn dagdromen meegenomen.
Samen met de nachtvlinders, blijf ik achter zonder mijn dromen,
wakker liggend vraag ik me af, zullen deze ooit komen.
De zon komt op, een nieuwe ochtend breekt aan
en ik kijk hoe de verschillende soorten vlinders komen en gaan.
Samen met de vlinders, blijf ik achter met mijn dagdromen
en stilletjes vraag ik me af, zullen deze ooit uitkomen.