Als zonnestralen pril
de eerste lente bode geven
waar vogels alweer schril
hun lied laten herleven
nog zo vol in knop
naar een teer ontwaken
een snoer met lege pindadop
straks kikkers die weer kwaken
de aarde wijkt, verstopte bollen
leg ik de winterjas naast me neer
het einde winter is in zicht
verlangen uit zich telkens weer