Vrijheid
Een ongenadig gevoel bekruipt me,
ik kan geen kant meer op.
Hoe kom ik hier weer uit,
hoe kom ik weer vooruit.
Ik kan zover niet zien,
blind voor alle feiten.
Het verleden volgt gedwee,
als een last, die neem ik mee.
Ik weet dat ik fouten heb gemaakt,
en deze last niet verdwijnen zal.
Ik weet dat ik mij niet prettig voel,
want mijn hart ervaart geen doel.
Waarom kan ik nu toch niet veranderen,
ik heb zoveel gedaan.
Maar hetgeen wat telt is vaak teniet gedaan.
Hoe kan dit zijn?
Ik ben een mens van het leven.
ik ben allen echt zo dankbaar,
en dankbaar is mijn leven.
Waarom ben ik dan zo anders?
En alleen in mijn strijd,
om hetgeen ten goede te keren,
en tegen onmacht te kunnen verweren.
Want veranderen is echt wat ik wil,
maar alleen gaat het niet.
Ik bid tot God dat het me eens zal lukken.
Dat ik slaag, en me los kan rukken,
Van mijn verslaving.
Dat ik dan vrij mag zijn, tot aan mijn eind.
-R.R.'08-
Vrijheid is mijn doel en mijn nobel streven.
Vrij van zorgen, vrij van onrust en machteloosheid.
Vrij van elke vorm van verslaving.
Dat gevoel en emotie overwint.
En het leven weer eigenwaarde krijgt.
Uit eigen werk, R.R. Roessler 22 december 2008