Ik sta hier helemaal bloot
op het matje naast het bed,
in de kamer ernaast bedaart het gebleir van onze ket.
Mijn blik rust peinzend op een bedpoot.
Stonden wij niet in het rood?
Eender. Ik kniel neer voor mijn dagelijks gebed
en doe straks mijn plicht voor de wet.
Morgen weer zwoegen voor ons dagelijks brood.
Buiten klinkt het starten van de wagen.
Het wiegje op de achterbank begint
hij zijn nachtelijke tocht, dat duurt nu al dagen.
Naakt op het bed, mijn hoofd vol vragen
naast het komen van dat tandje van ons kind,
wacht ik. Wat zou ik morgen dragen?