Dicht, gesloten,
verdoofd door de warmte
de vloeiende pijn
Ze zien het licht
in de scherpte van hun ziel
de scherven met rood overgoten
Ze worden verblind
door het duister van alle leugens
Hun hart gebroken,
lichaam verslagen
Het ligt bewegingloos op de grond
Uigestreden en verzwakt
Het is zo moe..
Steeds meer verdoofd
door de warmte van het wegglijden
Redelijk snel,
maar tegelijk ook zo langzaam
Ze kijken voor zich,
staren naar een leegte maar zien toch iets
Alle lichamen van alle zielen
waarvoor ze ooit bijna verdronken waren
Angst overvalt hen
'Hun zielen zullen breken
Ze zullen ons lichaam willen redden
En onze handen zullen hen voelen
bang,vochtig, koud
terwijl we steeds verder wegzakken
Onze oren nog niet doof
en zullen luisteren wat ze zeggen'
Ze willen het niet zien,
willen er niets van afweten..
Zo sterk verdoofd
door de hitte,
nu bijna niet meer te voelen
Geen weg meer terug
We zijn te ver,
te diep in slaap
Het is gedaan,
eindelijk voorbij
Nu,
is het te laat
Nu,
worden we niet meer wakker
Blijven gesloten
voor eeuwig
en altijd
- 5.11.'08 -