Kwijt
Ik las het in je hart,
zag het in je ogen,
voelde de pijn en smart,
gevangen in een soort onvermogen.
Ik volgde je gebaren,
je tranen en je lach,
zie hoe je uit alle macht afstand wilt bewaren,
van mij die je graag mag.
Ik zie je staan,
jou en je zogenaamde onverschilligheid.
Ik zie je gaan
en weet, ik ben je kwijt.