Fragment uit 'De kelk' 5
Het echte
Het echte is bevrijd,
het leeft. De kelk
is leeg, wat een
blijdschap!
Je hebt de moed gehad
de bitterheid te smaken.
En... het geneest, de
bitterheid geneest van
het ziekmakende zoete,
dat nooit echt is geweest.
Nooit, was het echt.
Het echte is te zuiver.
De zoetheid komt, het
laagje suiker. De
bitterheid komt, want
het laagje suiker
omkapselt het echte.
Het echte is het echte.
Het verdraagt geen zoetheid,
want dan is het geen
echtheid meer.
Het echte leven is niet
zoet, niet zuur of niet
zout. Het zijn de
conserveringsmiddelen
om bij het oude
te blijven. Om augurken
te eten in de winter, om
vlees te eten dat al te lang
geslacht is. Om fruit
te eten dat anders
al verrot zou zijn.
Bitterheid, enkel bitterheid
heeft een bittere smaak.
Het conserveert het
oude niet, het allang
dode.
Het echte is het leven.
De zuivere smaak
van het leven zuurt
niet, zout niet en zoet niet
en heeft geen bitterheid
nodig. Het is wat het is: de
echtheid van het leven.