Mevrouw de voogd,
zou ik u mogen vragen,
waarom u mijn zus zo'n pijn hebt gedaan,
waarom u haar in de steek hebt gelaten?
Mevrouw de voogd,
voelt het fijn,
dat de kinderen die onder uw hoede staan,
in een gesloten inrichting zitten?
Mevrouw de voogd,
ik weet dat u gelogen heeft,
voelt het goed,
om zoveel macht te hebben?
Mevrouw de voogd,
u zal wel van uw werk houden,
om een salaris te krijgen,
van liegen en pijn doen.
Mevrouw de voogd,
wat brengt de toekomst u?
misschien een opslag,
van uw baas in de Jeugdzorg.
Mevrouw de voogd,
u houdt wel van een spelletje spelen,
poeslief in een gesprek,
maar eigenlijk achterbaks en gemeen.
Mevrouw de voogd,
verbaast het u,
dat wij de waarheid weten,
dat er onrecht is gedaan?
Want goh,
wat moet u toch trots zijn.