Nooit heb je mij gezien
Nogthans zat ik vlak naast je
Mijn ogen spraken de woorden die mijn mond niet kon uitbrengen
Maar toch heb je niets van ze gehoord.
Mijn ogen riepen luidkeels om hulp
Je keek dwars door ze heen
Je hebt het nooit gemerkt
Hoe mijn geluk telkens een beetje verdween.
Nu is alles kapot
Alles is gebroken
Mijn geluk is verrot
En mijn hart is ontstoken.
Wat zou ik graag weg zijn
Dat ik geen verdriet meer kende
Ik droom zo vaak dat ik verdwijn
En niemand me nog weg wende.
Oh wat wou ik graag dat ik weg was
Het doet zo’n pijn om telkens opnieuw verder te leven
En telkens zo’n verschrikkelijke zaken
Opnieuw en opnieuw te beleven.
Ik wou dat je weg kon gaan,
Jullie allen die me ooit pijn deden
Want door jullie heb ik zovele littekens
Die mijn leven elke dag opnieuw domineren.