Vaak denk ik trug aan ons laatste dagje
jij liep jou kant op,
en ik de mijne.
Onze wegen gingen scheiden,
dat kon de tijd niet meer vermijden.
Huilend en blankgeslagen ging ik naar huis,
schreeuwend van binnen, maar zo stil als een muis.
Uit het raam starend zat ik in de trein,
me hart Koud, Gekweld en met inmense pijn.
De trugreis leek eindeloos, ik was weg in gedachte
Denkend aan die warme en fijne herinneringen,
Wij samen schaatsen, zwemmen , lachen... alle dingen...
Het waren jou ogen die prachtig straalde,
Jou mooie haar die prachtige glans behaalde.
Jou zachte handen die heerlijk streelde,
Je zwoele lippen die nooit verveelde.
ik schrok bij het zien van me eind station,
wetend dat de pijn nog maar net begon.
Thuis kwam ik aan met een masker voor me hoofd,
bleek met een kille lag, door emoties verdoofd.
Dagen vlogen voorbij, met mij leven in een trance,
altijd stil met een lag
maar van binnen schreeuwend om een 2e kans.
Wat we hadden was heel fijn,
maar vergeet niet dat ik er altijd voor je zal zijn.
Ik mis je tot op de dag van vandaag,
want ik hou van je en wil je trug, heel graag.