Op de dag dat ik jou ogen zag,
was ik alleen, zonder vrienden en familie om me heen.
Ik dacht, ik ben verliefd,
maar op wie, wat voel ik, wat wil ik, wat is dit,wat ik nu zie.
Met wie ga je verder,
met de een of toch die ander.
Ik kan niet zeggen dat we houden van elkaar,
dat geeft de doorslag, ik ben niet gelukkig nu.
Ik ga ervoor dacht ik,
ook al is dat voor ieder ander cru.
Gelukkig worden is mijn doel,
en dat doe jij met mijn gevoel.
Jij bent diegene zo lief, fragiel en toch spontaan,
ik wist met jou moet ik er tegen aan.
Jij bent mijn meisje, mijn liefde, mijn alles.
Daarom hou ik zoveel van jou,
en daarom ben je nu mijn allerliefste vrouw.