Een man wilde niemand verdrietig maken,
dat nooit!
Liep haastig rond, klampte iedereen aan:
'Maak ik u verdrietig,
en u?'
Onder platanen in lange lanen, in donkere stegen,
in een miezerige regen.
De avond viel.
'En u?
En u?'
Hij zakte ineen,
riep nog één keer 'En u?' en zweeg,
en uit zijn hoofd steeg betovering op, karmozijnen en
ultramarijne...
'Nee! U maakt ons niet verdrietig!'
Blauwe lakeien in gouden livreien droegen hem zingend weg,
sloegen met karwatsen naar het verdriet
en een vrouw huilde.