Het aanraken, het strelen begint
in de ogen zoals eten met ruiken
de eerste stappen aarzelend gezet
de reis begint, het lichaam wordt
bemind, verkend, betast en opgesnoven
geproefd, beproefd op buigzaamheid
totdat het als water, de ene stroom
in de andere vloeit, opgenomen
door de zee, tot regenwolken verdampt
Op de rug wordt het plafond wit
ontdekt, gemeten en hoogte bepaald
naar links en rechts gekeken
Hier ben ik onverwachts beland
straks wordt het brood gesneden
de thee gezet, sap geperst
eierschalen gebroken op de hete
harde rand van de koekepan
de neus herinnert zich als de mond
Nu valt door het slaapkamergordijn
het licht van de milde maneschijn