Ik was buiten en voelde de zonne stralen branden op mijn gezicht. Een kleine onenigheid kwam naar boven en toen bleek de zon verdwenen. Ik was verduisterd.
Alles was zo donker en ik voelde hoe de warme stralen verdwenen. Ik zag door al het donker heen bladeren van de boom naar beneden vallen. En ik voelde hoe mijn lichaam langzaam kouder werd.
Ik greep om me heen om me heen en voelde me machteloos. Toen voelde ik een warme hand die de mijne liet tintelen. Een zachte stem zei dat het wel weer goed zou komen als het daar tijd voor was. Ik snapte het niet, maar het voelde goed en vertrouwd. hij sloeg zijn armen om me een en ik werd rustig. Ik gaf me over aan wat er zou gebeuren.
Ik merkte dat ik moe werd en dat ik voor het eerst bij was met hoe ik mijn leven leefde. Ik liet me langzaam gaan. Ik voer mee op golf naar het land waar al kwaade goed zou worden.