van hoe ik achter je zat en je niet liet gaan
de komende driekwartier al lachende buiten-
staan op één been en de andere in je hand,
want zo goed boksen kan ik niet
en de lucht vol zaden werd waaierig, net als
de groene bladen die draaiden om ons heen
waar we elkaar liefkozend aaiden, warmte
van meer dan de zon die scheen
zwaaien op een stenen muurtje, zodat
mijn blik verder rijken kon en ik je nog
om zag kijken, tot de eerste bocht
je terug nam naar mijn zijde
Mandje: | Woensdag, april 04, 2007 11:51 |
laat ze maar kletsen, hoor! ik vind dit een heerlijk gedicht!! je gaat van me winnen, verwacht ik.... liefs en succes, Marianne |
|
Quando: | Woensdag, maart 28, 2007 23:02 |
omdat ik al lachende leuker vind ja. ga jij je tijd maar verdoen op lettertempel (6) |
|
milamber: | Woensdag, maart 28, 2007 21:21 |
al lachende *rilling* waarom niet gewoon gewoon "lachend". Dat klinkt in éne veel minder pompeus en loopt nog beter ook. Voor de rest: dik in orde. Vooral de tweede en derde strofe. |
|
Amon: | Woensdag, maart 28, 2007 12:29 |
dat is wel erg kort ja....maar een typisch Q dichtwerkje en hoewel iets minder toch nog van grote klasse | |
Auteur: Quando | ||
Gecontroleerd door: Innerchild | ||
Gepubliceerd op: 27 maart 2007 | ||
Thema's: |