Lijken
Overal lagen lijken
Op elkaar gestapeld
Opgehangen aan de bomen
In het water
Overal waar ik keek
Dode mensen
Het hoofd van hun romp verwijderd
Zonder genade er afgetrokken
Over lag bloed
Overal waar ik liep
Elke stap dit ik zetten
Lag bloed
Lagen lijken
Sommige al een lange tijd dood
Sommige nog maar net vermoord
Ik zocht naar mensen die ik kende
Ik zocht naar namen
Ik zocht naar overlevenden
Maar niks heb ik gevonden
Enkel dood
En het midden van al de doden
Lag een rode bloem
Ik wou hem pakken
Ik plukte hem weer
Weer sgoot er een doorn in mijn hand
Ik werd wakker van de pijn
Ik was wakker en de pijn was er nog
Angst gierden door mijn lichaam
Vragen vlogen rond
Ik hoorde ze lachen
Zij zijn de gene die mij deze dromen geven
Zij zijn de gene met de andwoorden
En zij zijn de gene die ze niet willen geven