Zo vaak heb ik tegen je gezegd
dat ik de zon wil zijn
die je tranen droogt,
maar ik zal 'm nooit
werkelijk worden.
Zo vaak heb ik me kwetsbaar
tegenover je opgesteld,
blijkbaar voelde 't niet goed bij mij.
Ik heb van je gehouden
met een innige liefde,
zoiets had ik nog nooit gevoeld.
Jij was voor mij degene
waar ik me écht veilig bij voelde,
de boom waar ik onder kon schuilen.
Ik vertrouwde je, vertelde alles,
en nu vertel je me
"Ik heb je nooit écht vertrouwd
al ken ik je hele hart."
Dit heet het ontkennen van bekennen
ik mis je, en ik wéét dat dit alles
wél voor mij bedoelt is,
dat je nooit iets om me hebt gegeven
dat je nu tegen me liegt
als je zegt dat die gedichten
niet voor mij zijn bedoelt.
Ik heb van je gehouden,
vreselijk veel,
maar de zon zal je tranen
niet meer drogen,
het spijt me, dat ik je zo vaak
bang heb gemaakt,
het spijt me,
ik hou van je!