Ik wil verbeteren als persoon
vaardigheden meester maken
toepassen op m'n leven.
Een goed gevoel voelt ongewoon.
Val voor mezelf uit te toon
stap in de zelf aangebrachte plassen.
Verbied mezelf, steeds weer
dingend die ik niet kan laten,
dingen opgelegt door anderen
vinden hoog protest.
Ik ben mezelf gaan haten,
ronddobberend in m'n reddingsvest.
Diciplinair roep ik mijn spiegelbeeld toe
"kom, doe rustig, doe normaal!"
Achter me verschijnt een woedende menigte,
alle mensen, die ik naar mijnszeggens
iets fout heb gedaan.
In mijn hoofd is hun beeld van mij gemaakt.
Onherstelbaar in m'n eigen ogen,
krabbel k ooit weer op.
Tijdloos heb ik tegen mezelf gelogen
in m'n spiegelbeeld vind ik geen rust.
Ik ben een rebel, van begin tot eind,
maar het geweten heeft me
in zijn ijzersterke greep.
De lonkende wereld word verkleind.
Ik zie mezelf nu als een vriend,
en trek me over de eindstreep.