Vliegende vlinders dwalen in het rond,
Neerkijkend op hun leven,
Neerkijkend in hun ziel,
Naar wat ze hebben gegeven,
Naar wat ze hebben gekregen,
Naar wat van ieder die naast hen stond,
Vliegende vlinders dwalen in het rond,
En ontwaken bij de morgenstond,
Vreugde en verdriet,
Kende hun leven,
Zorgen en pijn,
Was wat wel eens naast hun stond,
Vliegende vlinders dwalen niet,
Maar genieten,
Hoog boven in de lucht,
Met hun vleugels diep gespreid in vogelvlucht,
Dwarrelend om je oren,
Dwarrelend om je hoofd,
Kijkend naar jouw leven,
En sturen je in de bocht,
Net als ieder die om mij heeft gegeven,
In mijn mooie leven,
Sta ik jou nu bij,
In alle verdriet en in alle pijn,
In alle zorgen en in alle vreugd,
Je ziet me niet als mens,
Je hoort met niet als mens,
Maar zie je me dwarrelen,
Hoog boven in de lucht,
Dan denk je vast bij je eigen,
De lente komt,
Hou je dan vast aan mij vleugels,
En vlieg met me mee,
Laat je gedachten stromen,
Je voelt je dan zeker niet alleen,
Want ik ben bij je,
Iedere dag,
Ik zal je sturen
Ook al weet je in gedachten,
Dat je alleen maar de vlinder zag.