Dag en nacht.
De zon scheert dwarsdoor
wind en wolken.
Van sneeuw en water
buiend door stormachtig.
En toch geeft zij die warmte
in haar schittering voldrachtig
voortdurend glimlachend
een brede grijns van oor tot oor.
De maan scheert dwarsdoor
open ramen
Van levend jou en mij.
Doorkruisend soms de zwaarste dromen,
en ademend zo vrij.
In lange levens voor elkander
zijn zon en maan gelijkend mooi.
Elkaar verwarmend en verkoelend
in dag en nacht
dragend hun eigen tooi!!