ik hoorde de ze praten.
ik hoorde nog meer.
en wat ik hoorde deed me zeer.
mu opa is weg en komt niet weer.
de kamaraad kwam naar me toe.
en zij mij opa is leven,s moe.
ik had niet gedacht dat te snapen.
ik keek in zijn ogen.
en zach zijn gedachten.
ik voelde de pijn.
de pijn in zijn hart.
de pijn van missen de dierbareschat.
zijn opa was alles de lol in zijn leven.
hoe moest hij nou verder zonder die man.
zonder hem had hij geen huis.
zonder hem in het tehuis.
ik voelde het ja het deed pijn.
die jongen die ik kende.
wil er niet meer zijn.
ik snapte zijn verdriet,
maar het werd ook erger.
er was geen thuis.
en ook geen plaats.
wat moest hij doen leven op straat.
hij wou niet meer maar kreeg een kans,
hij kon tijdelijk vast in een internaat.
ik zij beter dan de straat.
hij had moeite daar met mensen.
omdat hij anders is dan ze wensen.
hij is oprecht en zegt het goed.
maar op een dag ging de telefoon.
hij is weg van hier.
jah hij was weg weg gelopen.
hopend op zijn tanten bij haar woonend.
maar hij daar nooit aangekomen.
want een auto had hem geschept en reed hem aan.
ik kon het niet geloven 2 matties gegaan.
ik was wel sterker maar mis hem nog.
maar dit is het leven.
mensen zullen gaan.
niet te lang voor ieder een traan.