Ik ga zitten op 't strand,
dichtbij de zee,
op 't warme zand.
Waar de golven overslaan in schuim
en 't harde zand juist zacht wordt.
Daar zit ik.
Mijn lichaam in de warme zon,
mijn haren zweven in de zachte zon.
En mijn gedachten in de lucht,
tussen de witte wolken,
waar niemand ze ooit vind.