Op de top van de heuvel
In wind en regen
Striemend op mijn open wonden
Bliksem in de verte
Ik hoor het dof geroffel
Snel komt thans de nacht
Reeds branden vuren helder
Verloren in mijn wanhoop
Laat ik mij nederglijden
Daal onder in de stroom
Ik volg de kolk naar onder
De verste diepte in
Om daar dan te ontdekken
Een licht als nooit voorheen
Gekend van uit men dromen
Zo helder en zo rood
Vervult mij met verlangen
Verlangen naar de dood
Dat kan ik niet verkroppen
Neem ik geen vrede mee
Begin me te verzetten
Zwem in tegen de stroom
Wanneer ik veilig ben
Val uitgeput in slaap
De dag daarop weer wakker
Dan daagt pas het besef
Ik heb de hel gezien