Ik keek naar jou en jij keek mij aan.
Onze gezichten plooide zich tot een glimlach,
terwijl we tegen mekaar aan gingen staan.
Beseffen we nu dat dit voor altijd zijn mag.
Koester ik hier dat heerlijke gevoel
en besef dat je weet wat ik bedoel.
Ja nu schijnt de zon door onze ogen,
voldoende om het verleden te laten drogen.
Want we hebben al stormen doorstaan,
maar telkens weer samen de weg opgegaan.
Nu mag het nog eens beginnen te regenen,
jij zal voor mij altijd de hemel betekenen.
De vreugde die me steeds aan het lachen brengt,
de troost die je met je beide armen schenkt,
de intimiteit die onze lusten vermengt.
Spreek ik over het geluk, dat jij mijn wezen aanlengt.