met rigoureuze zorg en aandacht
had Sandrine, het Parijse meisje
met de heldere Toulouse ogen
zich over 't aquarium gebogen,
om 't water te verversen en de ruiten te reinigen
van alle groene aanslag,
die zich had vastgezet
aan 't glas van zijn kleine fauna
en 't zicht op zijn leefwereld belemmerde,
nu pas na al die jaren
zag hij glashelder
hoe 't schouwspel zich ontvouwde
in de keuken waar aanhoudend
werd gebakken, gebraad en gepraat,
terwijl de radio op de achtergrond
hitjes bracht of nieuwsberichten
en een rotverwende salonkat
die aan het raam jankend stond te springen,
om heel even binnen aan zijn bord
te ruiken en dan even snel
verlangend stond te popelen
om buiten met katers te spelen,
als 't daarbuiten eender is als hierbinnen,
waarom zou ik dan nog
de kiezelsteentjes met men vinnen
roeren en wat water verplaatsen
waar toch niemand op let ?
zo besloot hij op een mooie oktobernacht
de grote sprong in 't duister te wagen
en eindigde spartelend,
happend, hikken en stikkend
van het aanrecht waarop de glasbak stond,
pardoes op de koude grond,
en bedacht,
(ja, wat gaat er om in dat koppetje van een goudvis ?)
'k had men natje en men droogje,
'k wist niet beter, 'k wil niet klagen,
't was wel de moeite waard om te wagen,
mij hoor je niet klagen,
helaas zo eindigen mijn dagen
maar d'er is nog hoop,
als er 'iets' is na dit tranendal
dan laat ik het je steevast weten ...
en sindsdien hoorde iedereen
ineens wat vreemd geritsel en water gekledder,
fantoomgeluiden als van 'n brobbelend fonteintje,
al is het helemaal niet zeker ...
of het de vaatmachine,
lucht in de waterleidingen,
dan wel de lekkende kraan
kan wezen ...