je was een lieve jongen,
nu nog maar een klein hoopje as.
ik wou dat dat hoopje as,
weer die lieve jongen kon worden.
het deed me pijn,
toen jij zei: de dood is vlakbij.
maar het was niet anders,
jawel! de harde waarheid.
nu kan ik je nooit meer opzoeken,
alleen in een zwarte pot!
ik kan je nooit meer zien,
en nooit meer afscheid nemen.
was je maar niet ziek,
dan had je nu voor me gestaan.
dat had ik niet eens gedacht,
dat je nu niet meer voor me staat.
maar je bent nu nog maar een hoopje as,
een hopeloos hoopje as.
het enige wat ik nu nog van je heb,
zijn hele mooie herinderingen!