Kan ik zonder
of ga ik dan onder.
Ik wist het niet,
tot iemand jou ziet.
Jij wist het wel,
ik ook, zeer snel.
Want wie hem zag,
kreeg een lach.
Zij wisten het antwoord zeer snel,
jawel.
Nu ben je ze kwijt,
tot hen spijt.
Zo iemand vind je nooit meer,
al zoek je, keer na keer.