Twee houtblokken bij elkaar
De eerste vonk sloeg over, vanzelf,
Vond geen grip en doofde bijna uit
Maar niet helemaal
Af en toe een opflakkering
Niet in ’t minst op ’t onverwacht
Dan voel je even de warmte
Van een ongrijpbaar verlangen
Nu wakkert wind de vonken aan
Vonken gaan smeulen
Smeulende vonken worden vlammetjes
In een geheime open haard.