Dromenzee
In de diepte van mijn ‘dromenzee’ zijn er veel dromen verdronken. Mijn dromen hebben veel kreten geslaakt. Niemand kon de pijn, de angst, de ontgoocheling van mijn kreten horen. Om het te kunnen horen moet je het ook voelen. Ik wil een duiker, een redder zijn. Ik wil levenslang duiken en enkele dromen die verdrinken redden. Al mijn dromen die niet kunnen drijven wil ik redden. Ik kan het niet meer aanzien als ik mijn dromen zie sterven. Zoveel zielen van dromen die wegvliegen. Ze zitten nu in de hemel en kijken toe naar al die dromen die het wel gehaald hebben.In de duistere diepte van mijn ‘dromenzee’ is er iets verborgen. Een schatkist. Wat zit er dan in? De duistere diepte, de moordenaar. Het vermoord al mijn dromen, maar toch heeft het mij iets aan te bieden. Moet ik duizenden dromen offeren om te zorgen dat er één droom zal uitkomen? Ik ben verkeerd, ja ik ben in fout. Het ligt niet aan die duistere diepte maar het ligt allemaal aan mezelf. Als ik genoeg gepresteerd had, dan kwamen mijn dromen niet in die duistere diepte terecht. Het zijn niet alleen mijn dromen, maar het is ook mijn persoonlijkheid die stilaan aan het verdrinken is. Misschien is het omdat ik niet in mijn ‘dromenzee’ kan zwemmen. Kan ik het leren. Waar een wil is, is een weg. Die weg heb ik nooit gevonden. Omdat er misschien geen wil is? Heb ik mezelf verraden of ontdekt?