Minachting.
Niet aan nu verwachting voldoen.
Al doe je het nog zo goed.
Moet het beter.
Minachtende blikken.
Ik moet ze slikken.
Mik niet steeds op mij.
Ik wil vrij zijn.
Van die onzekerheid
en doortrapte pijn.
Gewoon lekker mezelf zijn
bij anderen.
Niet te hoeven veranderen
voor een ander.
Niet hoeven mee te doen
met anderen.
Gewoon
Lekker mezelf zijn.
Niet veranderen.
Me op me gemak voelen.
Niet te hoeven denken
wat anderen van mij vinden.
Dat hindert.
Van die gevoelens wil ik het winnen.
Opnieuw beginnen.
Niet meer achterom kijken.
Mijn hand de toekomst in te reiken.
Mijn hand aanreiken aan wie het nodig heeft.
Die om mij geeft, en ik om hen.
Ook al ken ik ze misschien nog niet goed.
Het geeft nieuwe moed.
Om door te gaan!
Nieuwe moed.
Om stevig in mijn schoenen te staan!
Ik kan het aan met Hem.
Wat moest ik zonder Hem.
Hij helpt mij er doorheen!