De lach in zijn ogen, wat hij denkt weet je niet.
Het is een geheim voor de buitenstaander
Zijn lichaam welgevormd, keiharde "alabaster"
dat de oceaan heeft getrotseerd
geslepen aan alle kanten, bleef hij naïef liggen
in het kolkende water
dat niet weet waar hij vandaan komt
en waar hij weer heen zal gaan.
Hij oogt uitnodigend zoet als karamel op je smeltende tong
Terwijl zijn geest in tegenstelling tot de rest,
gesloten blijft gapen.
Hij lacht zwart, heel erg zwart,
Terwijl zijn hart wit is, “in between” wit.
Exclusief gekleed, zich onderscheidend van de rest…
Nee, hij is geen “Neger”, puur omdat hij zo zwart is
Nee, hij is geen “Neger”, hij is een toevallige neger
zijn moeder, blank.
Charlton G. Marcos
4 juli ’06