Kunnen schrijven was later alleen
ik ontkende de punt en sporen
waar nachten lang geen gezaaide deeltjes
konden stoeien door om te rollen
langs de bolling zo volgevreten
zwarte vloeistof uitroggelde
als de dood in levende lijve
maar dan in wording
leek rauwe huid die jij schuurde
met roodaangelopen tot leeggebloed toe
enigzins op wat ik bedoelde
door vormen die getraind als we waren
geen betekenis, vol betekenis
ons een zwaarmoedig hart toe droegen
ondersteund ooit, zodadelijk leven
gebleekt tot serene puriteiten
gemaakt, boven op de tafel
waar volgens grijs memorabel
wij ooit in elkaars zweet lagen te baden
lag sterk en krachtig
veel opzichtiger dan goed voor je was
suiker gevulde loten betastend
de apocolyps in een roze envelope
op beving en tranen te wachten
ook daar in helder
bezwangerd door overrijpe vruchten
die mijn vermolmde takken weigerde te dragen
kon ik, solide mineraal
mij niet uiten, door gebarste inkt
of spookachtige geluiden
en laat ik later aan anderen over
die zielloos vertederen
en samen zijn zonder ingang
tot kunst hadden verheven