Aan de zijkant is eigenlijk geen plaats
alleen bij de bank onder de linde
waar blad dwarrelt in hemelblauw
en wij zongen als nachtegalen in het park
De vijver toonden haar bladeren en bloemen
die een prisma vormden van licht
een ronkende motor verstoorde het geruis
van struiken die wiegden in de lentewind
Kinderen zagen we stoeien
grassprietjes trekken uit de grond
de stam van de linde bevatten
teksten van jou en mij
Bladzijdes werden verwijderd van de kalender
waarop onze eerste afspraakje stond
een voet zet ik op de drempel
en draai de sleutel om van de deur
Waar jouw knipoog die van mij vond