Het dal is weg.
Weg zijn de bomen en de huizen en de graven.
Waar eens een weide was vol zon
en madelief
en boerderijgerief,
waar op een avondweg, het zware werk gedaan,
een paard naar huis kon draven,
staat nu van berg tot berg,
alternatief en koel, het water,
ingebed, gevangen,
met het doel wat energie
en daarmee wat geluk voor mensen
op te vangen.
Het dal is weg
en rond het stenen waterbad, dat
God daar nooit geschapen had,
denkt, ondanks witte energie van zoveel megawatt,
de mens nog meer dan toen
aan zijn privé belangen.