Een boom in het midden van het plein,
Hem afvragende hoe het is om niet alleen te zijn,
Kale boom, heeft waarschijnlijk koud,
Kale boom, heeft niemand die van hem houdt.
De lente staat vlug voor de deur,
Geeft de boom terug kleur,
Bladeren komen terug aan zijn takken,
Niemand wil deze boom afhakken.
Door de koude wind meegenomen,
Lig ik onder die boom te dagdromen,
Die zachte bries door mijn haar,
De natuur ben ik zo dankbaar.
Maar toch, die kale boom, zo alleen,
Heeft niemand om zich heen,
Geen blaadjes die warmte af geven,
Dit is toch geen leven.
Maar boom, wees niet bang,
Er is geen uitgang,
Maar de lente is daar weer,
Dan is hij daar weer, de sfeer.
Je blaadjes houden je lekker warm,
Dan ben jij niet meer “arm”.
Spelende kinderen onder je kruin,
Dat is echt waard een fortuin.
******************************
Als je zoals die ‘kale boom’ bent, wees gerust, kijk niet achterom, maar vooruit, dan zie je betere tijden voor je!!!