Mijn lichaam en geest hadden zich al voorbereid op morgen.
Morgen,
die nog komen moet,
toch deze wordt mij ontnomen,
heb ik juist vernomen.
Toch voel ik de tederheid en geborgenheid van morgen.
Morgen,
komt wel op een andere gelegenheid.
Ik weet dat ene heeft prioriteit,
hetgeen ik ook,
begrijp.