Ik kan niet lachen, ik kan niet springen,
maar zenuwen heb ik wel ,
Tegenslag hoeft niet , ik verzin wel iets,
Als ze me liefheeft, ben ik bang haar te verliezen,
Als jij kijkt, snap ik niet waarom,
Geluk is het mijne niet, noch zijn dromen
tot,
Tot, ik weer zenuwachtig wordt en verlangend naar,
De vrijheid, de liefde, het lachen,
Die stralende dromen en even hopen,
Het kan zonder moeite te doen , , gewoon maar kopen
Want ik ben terug bezeten om ze te bezitten,
Die witte lijnen geven wat ze me afgenomen hebben